De dienst van
bevrijding is één van de gaven van de Heilige Geest, die getuigt van de
overvloedige genade die God aan de gehele Kerk toekent, door middel van
katholieke charismatische vernieuwing.
Overal waar het evangelie
verkondigd wordt, verspreidt het Rijk van God zijn licht en vrede en straalt
het zijn immense helende krachten uit. Gedurende vele decennia van ervaring,
heeft katholieke charismatische vernieuwing ondervonden dat de verkondiging van
de Blijde Boodschap van de liefde van God de Vader, die de mensheid vergeeft
door Jezus de Zoon, mensen bevrijdt van hun zonden, het voor hen mogelijk
maakt deel te hebben aan Gods wezen door hen te vervullen met de heilige Geest,
en hen roept tot een nieuw leven als kinderen van God.
Met andere
woorden, de ontmoeting met Jezus Christus, die verrezen is en leeft,
herschept het leven van mensen. Terwijl zij zich aldus bewust worden van Gods
grote barmhartigheid en van hun waardigheid als kinderen van God, verkrijgen
zij tevens een duidelijker begrip van de donkere aspecten in hun leven, die
obstakels vormen voor hun verbondenheid met God, met alle mannen en vrouwen, en
om een christelijk leven optimaal te beleven.
Zoals het evangelie ons onder de aandacht brengt, onthult de
aanwezigheid van het licht van het Woord de duisternis die in ons is (Joh.
1,5).
Veel mensen die door katholieke
charismatische vernieuwing zijn geëvangeliseerd, worden zich al snel bewust van
hun innerlijke verzet en van onverwerkte problemen.
Ze gaan zien dat er spirituele banden zijn die hen gevangen houden en ervaren
de moeilijkheid of zelfs het onvermogen om zich van deze last te bevrijden. Liefde,
door de Heilige Geest geïnspireerd, wekte binnen de charismatische vernieuwing,
meteen vanaf het begin, het verlangen om te bidden voor het vrijzetten van deze
mannen en vrouwen uit hun geestelijke gebondenheid en om hen te helpen met de
innerlijke strijd die hen in de greep hield. Het licht voortkomend uit gebed, wijs
onderscheidingsvermogen en ervaring hebben aangetoond dat in sommige van deze
gevallen de geestelijke gebondenheid die mensen lastig valt, te wijten is aan de directe invloed van de
duivel. Het is precies op dit terrein dat de dienst van bevrijding thuis hoort.
Deze is een gave van de Heilige Geest die al aanwezig is sinds de tijd van de
vroege Kerk.
Bevrijdingsdienst, hoewel het scherp
onderscheiden moet worden van groot (of openbaar) exorcisme – voorbehouden aan een bisschop en de door
hem aangestelde priesters en gebaseerd op de geëigende rituelen – brengt een besef teweeg van de immense
genezende en bevrijdende kracht die uitgaat van de persoon van Jezus, Zoon van
God, in wiens naam de bevrijding wordt uitgesproken. Tevens is het een bemoedigende
herontdekking van de rijkdom van ons doopsel,
aangezien het elke gelovige een lid van het lichaam van Christus maakt, iemand
die deelt, tot op zekere hoogte, in de goddelijke voorrechten van Christus het
Hoofd. De bevrijdingsdienst helpt, in dit opzicht, de belangrijke rol te
benadrukken die de lekengelovigen kunnen en moeten spelen in de evangelisatie,
in de moederlijke missie van de Kerk om de wonden van de mensheid te helen en
om Gods koninkrijk overal en in elk sociaal milieu te verspreiden. De missie
van de tweeënzeventig leerlingen, die deelgenoten werden in de kracht van
Christus om demonen uit te drijven (zie Lc 10:17), is een voorafbeelding van de
betrokkenheid van alle lekengelovigen bij de verkondiging van het evangelie en de
bevrijding van mensen uit de geestelijke verstoring door satan die zoveel
zielen kwelt.
Enkele jaren na de publicatie
van het boekje “Gebed voor genezing,” ben ik blij om nu dit nieuwe boekje te
zien verschijnen, dat is opgesteld door de Doctrinaire Commissie van de ICCRS
over “De dienst van bevrijding.” De waarde van dit boekje beweegt zich in twee
richtingen, waarvan er één kan worden geformuleerd als
“vanuit de Kerk naar katholieke charismatische vernieuwing,” in de zin dat de Doctrinaire
Commissie een nauwe band met de Kerk handhaafde tijdens het gereed maken van de
tekst. De Commissie aanvaardde de aanwijzingen van de Congregatie voor de
Geloofsleer, alsmede het advies van vele theologen en deskundigen op dit
gebied. Het zorgde ervoor dat de volledige behandeling van het thema op een gedegen
bijbelse, patristische en magisteriële fundering
werd gebaseerd. Op deze manier draagt het erfgoed van de leer en de pastorale
praktijk van de oude kerktraditie ertoe bij om de ervaring van de charismatische
vernieuwing te verrijken, en wordt de bevrijdingsdienst geplaatst op de solide
grond van het geloof van de Kerk. De andere richting kan worden verwoord als “vanuit
katholieke charismatische vernieuwing naar de Kerk.” De hernieuwde reflectie op de dienst van bevrijding, die aangewakkerd is door de reeds
lang gevestigde praktijk binnen charismatische vernieuwing, kan nu de hele Kerk
– leken, geestelijken en religieuzen – van dienst zijn om meer ontvankelijk te zijn voor deze "doopgave"
die aan alle leerlingen van Christus wordt geschonken, en die in zijn volledige waarde moet worden erkend bij
de geestelijke begeleiding van de gelovigen.
Ik hoop dan ook echt dat dit
boekje zal helpen om een betrouwbare gids te zijn, met name voor diegenen in de
katholieke charismatische vernieuwing, die regelmatig de dienst van bevrijding
uitoefenen en zo zorg dragen voor hun
broeders en zusters in het geloof. Tevens hoop ik dat het een instrument zal zijn voor het ontdekken en verwelkomen van deze
bediening in onze tijd, bij de boeiende zending van de nieuwe evangelisatie.
Kardinaal
Kevin Farrell
Prefect
van de Dicasterie voor Leken, Gezin en Leven